Door Jeroen Kockelkoren op 5 februari 2014

De schutterij

Schutterijen, in vroeger tijden beschermers van huis en haard, heden ten dage zijn het verenigingen van zeer grote cultuurhistorische waarde. Beschermers van tradities, folklore en cultuur in hechte broederschap. Onze gemeente Gulpen-Wittem telt 5 schutterijen uit de kernen Eys, Gulpen, Epen, Mechelen en Wijlre. Allemaal mooie eeuwenoude verenigingen die zorgdragen voor de instandhouding van de schutterscultuur én een bindende factor zijn binnen hun dorp. Schutters komen uit alle rangen en standen en eenmaal in hun uniform gestoken vormen zij een mooie eenheid.

Zonder deze eenheid is het organiseren van een (bonds)schuttersfeest of het jaarlijkse koningsvogelschieten nauwelijks mogelijk. Maar zonder de (financiële) steun van de plaatselijke bevolking en gemeente is dit zelfs onmogelijk. Uniformen, instrumenten, het schieten, het in stand houden van tradities…alles kost een hoop geld. Naar mijn mening is het dat waard. Schuttersfeesten trekken nog steeds een hoop toeschouwers waaronder vele toeristen en zijn daarmee een visitekaartje voor onze gemeente. Op een mooie en een ongedwongen wijze kan de toeschouwer kennis maken met Limburgse traditie en cultuur. Ook voor het dorp is de schutterij van grote toegevoegde waarde. De processie, het opluisteren van diverse dorpsfeesten enz.: de schutterij is en hoort erbij.

Als we deze cultuur in de toekomst in stand willen houden, zal de financiële steun vanuit de gemeente moeten toenemen. De huidige subsidieregeling is gebaseerd op ledenaantal en is naar mijn mening veel te mager Zo zal een schutterij van rond de 45 leden uitkomen op een bedrag van +/- €1300 per jaar. Dat is heel weinig als men daar de kosten voor het in stand houden van een schutterij tegenover zet. Met alleen het innen van contributiegelden voor leden en het houden van donateursacties komt een schutterij er niet of nauwelijks. De schutterij doet er alles aan om deze benarde financiële situatie het hoofd te bieden. Een bondsfeest organiseren kan in de regel één keer in de 6 jaar en kans op financieel succes is niet gegarandeerd.

Daarnaast is sinds 2010 een andere grote kostenpost de door het rijk verplichte aanschaf van een kogelvanger. De kosten voor een dergelijk bouwwerk bedragen inclusief plaatsing rond de €25000. Men zal begrijpen dat dit bedrag een aanslag pleegt op de verenigingskas. De provincie Limburg draagt middels een subsidieregeling bij aan de aanschaf van een dergelijke kogelvanger. Schutterijen ontvangen voor een enkele kogelvanger €8000 en voor een dubbele €13000. Ondanks deze mooie bedragen blijft een kogelvanger een zeer dure aanschaf.

Als toenmalig lid en secretaris van schutterij St. Sebastianus Mechelen diende ik namens die vereniging een subsidieverzoek in bij de gemeente Gulpen-Wittem ter aanschaf van de kogelvanger. Als antwoord volgde een korte zakelijke brief waarin stond vermeld dat de schutterij geen subsidie hiervoor zou ontvangen omdat de aanschaf van een kogelvanger niet zou passen binnen het vastgestelde accommodatiebeleid. Ik vind dit op zijn zachtst onbegrijpelijk. De subsidieregeling in de gemeente meet blijkbaar met twee maten. Een voetbalclub ontvangt zomaar 60.000 euro om een oefenveld aan te leggen. De schutterij wordt het bos ingestuurd met niets. Op elk bondsfeest dat door een van de schutterijen binnen onze gemeente georganiseerd wordt, verzorgt de burgemeester of een wethouder mede de opening hiervan. Dan pretendeert men schutterijen zeer belangrijk voor de gemeenschap te vinden en ziet men deze van unieke onschatbare cultuurhistorische waarde. Schijnbaar dus niet als het om een financiële bijdrage voor een kogelvanger gaat. In dat geval tellen schutterijen dus niet mee, jammer.

Jeroen Kockelkoren

Jeroen Kockelkoren

Mijn naam is Jeroen Kockelkoren. Ik ben 28 jaar en woon al mijn hele leven in Mechelen. Van jongs af aan ben ik geïnteresseerd in de politiek en ben nu ongeveer 10 jaar  lid van de landelijke PvdA. De sociale kernwaarden van deze partij en het motto eerlijk delen spreken mij zeer aan. Begin dit

Meer over Jeroen Kockelkoren